Ministeries stoppen sponsoring tv-programma's

Volgens de bewindslieden leidt deze vorm van financiering tot aantasting van de onafhankelijkheid van de omroepen of tot ongewenste overheidsbeïnvloeding. Dat bleek vrijdag na afloop van de ministerraad.

Het besluit gaat per 1 augustus in, maar het kabinet zal 'oude' afspraken met zendgemachtigden nog wel nakomen.
Hierdoor kan in de rest van dit jaar en volgend jaar nog een aantal door ministeries gefinancierde programma's op televisie komen.

Departementen besteden jaarlijks ongeveer 5 miljoen euro aan coproducties.

De PvdA-minister gaf aan dat de meeste coproducties met de beste intenties worden gemaakt, maar hij wil wegblijven van discussies over de relatie tussen onafhankelijke journalistiek en overheidsvoorlichting.

'Een programma als In Europa van Geert Mak was wat mij betreft keurig gemaakt, maar anderen kunnen dat weer anders interpreteren.'

Plasterk denkt dat omroepen niet in financiële problemen komen door het beëindigen van de sponsoring.

'Wel heb ik brieven gehad van televisieproducenten die de maatregel liever niet ingevoerd zagen.'

De minister is sowieso lekker bezig, want hij wil ook de beloning van de toppers bij de publieke omroep aanpakken.

Plasterk stuurt hierover vandaag een brief naar de Tweede Kamer.

De minister vindt dat tv-sterren best rond kunnen komen van een jaarsalaris dat rond de twee ton ligt.

Hij wil daar niet de lopende contracten voor open laten breken, maar tv-sterren als Matthijs van Nieuwkerk en Paul de Leeuw moeten bij verlenging van hun contract rekenen op veel minder salaris, zo is op te maken uit de plannen.