Premium

Hoe haalt Jumbo City de achterstand op AH to go in vredesnaam in?

AH to go heeft 76 vestigingen, Jumbo City twee. Hoe snel kan de super uit het zuiden het stationsconcept uitrollen?

Vorige week maakte Jumbo bekend zijn eerste stationswinkel te openen en wel in Eindhoven. Het concept heeft wel wat weg van AH to go, de gemakswinkel van Albert Heijn, die al 76 vestigingen heeft op high traffic locaties, waaronder ook op stations.

Super onder druk
De opening van de ‘Jumbo to go’ (Jumbo noemt het concept zelf ‘City’), past in de ontwikkelingen die Henk Hofstede (foto), sector banker retail bij ABN Amro, in een visiestuk begin vorige maand benoemde. ‘Traditionele supermarkten staan in toenemende mate onder druk. De concurrentie komt onder meer uit de hoek van kleine “to go” stadswinkels.’ De trend dat consumenten steeds meer onderweg willen eten en meer direct willen consumeren, zet zich volgens Hofstede de komende jaren voort. Los daarvan blijft de gehele food-koek groeien. De omzet neemt jaarlijks met ongeveer 1,8 procent toe.

Second mover disadvantage
Je zou kunnen stellen dat Jumbo nogal laat op de trein springt. Is de foodretailer uit Veghel in staat om die achterstand in te halen en het nieuwe concept op turbotempo uit te rollen? Hofstede denkt dat dat voor een belangrijk deel afhangt van hoeveel ruimte Jumbo krijgt van de NS. ‘Daar heb ik geen inzicht in, maar voor het overige is een snelle uitrol wel aan Jumbo toevertrouwd. Ik schat in dat er voldoende kapitaal is en met de ruime ervaring, ook met het La Place-concept, houd ik een snelle uitrol wel voor mogelijk.’ Los daarvan merkt Hofstede op dat snel uitrollen ook afhankelijk is van het tempo van leren.

Tekst loopt door onder afbeelding


Het sapschap in de Jumbo City in Eindhoven

Stormachtige groei
Of Jumbo City daadwerkelijk een woeste groei zal doormaken de komende tijd, daar heeft Dirk Mulder (foto rechts), sector banker trade & retail bij ING, twijfels bij. Natuurlijk, ook hij ziet de groeiende behoefte van ‘on the go’, anytime & anywhere iets te eten kopen, vooral onder een iets jongere doelgroep. Tegelijkertijd ziet hij de grote groei die AH to go in het begin liet zien, stagneren.

Mulder: ‘Er wordt wel hard geroepen dat het zo enorm groeit, maar die groei is veel minder snel als in begin. Andere formules zoals Spar en Coop openen ook to-go-achtige winkels, maar die zijn echt nog met een kleine aantal winkels aan het testen.’ Als het zo’n gillend succes zou zijn, wil Mulder maar zeggen, zouden die formules wel sneller doorpakken. Groei? Ja waarschijnlijk, maar of die ook stormachtig zal zijn, dat is afwachten.

Ultra
Jumbo wordt goede kansen toegedicht, omdat het ervaring heeft met wat in foodretailland ‘ultravers’ wordt genoemd; La Place. De eerste Jumbo City werd in mei van dit jaar in Groningen geopend en die winkel heeft inderdaad veel weg van La Place (een foodconcept dat door Hema dankbaar werd gekopieerd in de omgebouwde winkel in Tilburg). In Groningen worden veel meters ingeruimd voor de verse bereiding van allerlei ‘on the go-etenswaren’. Maar is dat voordeel wel te vertalen naar de in het algemeen wat kleinere winkels op stations? Mulder is daar gematigd optimistisch over. ‘Het kan wel, maar die combi van horeca en retail is wel lastig. De derving is hoog, zo’n ultravers broodje moet je binnen twee uur verkocht hebben. Je moet mensen dus continu broodjes laten maken en daar moet je ook ruimte voor hebben. De vraag is of dat in een klein winkeltje wel kan. Dan is “vers maar toch iets langer houdbaar” zoals je dat ziet bij AH to go toch een betere oplossing.’

Tekst loopt door onder afbeelding


'Hema goes La Place'

Betalen voor gemak
Hofstede acht het waarschijnlijker dat de ultraverse producten - afhankelijk van de omvang van de winkels - uit een productiekeuken vlakbij komen. ('Als het even kan, het liefst direct op locatie natuurlijk', zegt hij.) Dat brengt met zich mee dat er meerdere keren op een dag moet worden geleverd. Hofstede: ‘Dan wordt het een logistieke uitdaging. De hamvraag is of de consument bereid is voor zo’n kostbare logistieke operatie te betalen. Ik verwacht van wel, we zijn echte gemaksdieren geworden.’

Agile
De strijd om de gemaksklant kan met de opening van de eerste Jumbo-stationswinkel beginnen. Wat zijn doorslaggevende factoren in die concurrentieslag? Volgens Mulder is flexibiliteit van een organisatie die goed en snel schakelt cruciaal. ‘Het is doen en leren’, denkt hij, ‘het is lokaal ondernemerschap en je moet snel in de gaten hebben wat wel en niet werkt.’ En omdat locaties belangrijk zijn, moeten supers over een instrument beschikken waarmee ze snel achter geschikte nieuwe locaties aan kunnen gaan.’

NPS
Hofstede noemt kwaliteit en de juiste prijs-kwaliteitverhouding. ‘Consumenten zijn bereid om te betalen, maar dan moet het ook echt goed zijn’ Daarnaast moet er beleving geboden worden, het moet een swingende winkel zijn. Maar dat is volgens Hofstede met een winkel met zo weinig meters wel lastig. Het personeel speelt een belangrijke rol. ‘Bij een hoge net promoter score (NPS) spelen zachte factoren de belangrijkste rol. Service, klantvriendelijkheid, deskundigheid en sfeer. Daarna beginnen mensen pas over prijs. Ik zou zwaar inzetten op de factor mensen.’


Albert Heijn heeft in samenwerking met BP al een zestal to go's geopend in tankstationwinkels

A-merk
Een reuze kans voor de retail, en daar kunnen A-merkfabrikanten van meeprofiteren, simpelweg door een plekje in het (koel)schap veilig te stellen. Maar kunnen de fabrikanten nog een andere manier voordeel halen van de to-go-trend? ‘Ja, daar liggen zeker kansen’, zegt Mulder, ‘kijk maar naar pop-up stores van bijvoorbeeld Unilever (Swirl in de zomer, broodje Unox in de winter).’ Maar ook in to go’s van de supermarkten ziet hij mogelijkheden. Spar University (de to go-variant van Spar op studentencampussen), experimenteerde al eerder met shop-in-shop-concepten. ‘En zoiets hoeft niet eens tijdelijk te zijn. Je moet wel weten waar en wanneer je doelgroep iets nodig heeft.’

Proeftuin
Voor Hofstede is het codewoord ‘samenwerken’. ‘Dat gebeurt al veel, maar dat mag toch een boost krijgen. De wereld verandert te snel om dingen alleen te doen.’ Hij ziet de to go-winkels (ook) als proeftuinen waar je dingen uit kunt proberen. ‘Zie het als een leerfabriek, die je helpt bij de totstandkoming van allerlei productinnovaties.’

premium

Word lid van Adformatie

Om dit artikel te kunnen lezen, moet je lid zijn van Adformatie. 15.000 vakgenoten gingen jou al voor! Meld je ook aan met een persoonlijk of teamabonnement.

Ja, ik wil een persoonlijk abonnement Ja, ik wil een teamabonnement
Advertentie