Het faillissement van MC Slotervaart maakt een einde aan een chronische ziekte die zich al meer dan tien jaar voortsleept. Voor zorgverzekeraar Zilveren Kruis was de maat vol toen het in oktober van dit jaar ontdekte dat het ziekenhuis nauwelijks nog in staat was om naar behoren te functioneren. Ondanks aanhoudend blunderbeleid van de bazen van Slotervaart kreeg ook Zilveren Kruis forse kritiek voor de begrijpelijke beslissing om de stekker eruit te trekken en patiënten een beter onderkomen te bieden. Van die negatieve beeldvorming hebben anderen ‘slim’ gebruikt.
Eigenlijk hadden de deuren van het Slotervaart ziekenhuis al in 2006 kunnen sluiten, een saillant detail dat in de huidige berichtgeving zelden wordt gememoreerd. Voor de rand van de afgrond kocht investeerder Jan Stam dan, samen met zijn compagnon Aysel Erbudak, het ziekenhuis op. Een ziekenhuis als private onderneming is een primeur in die tijd maar komt nooit echt van de grond.
Na het overlijden van Jan Stam ontstond een conflict tussen Erbudak, inmiddels bestuursvoorzitter van het Slotervaart, en de nazaten van Stam. Erbudak kwam daarbij steeds meer in een kwaad daglicht te staan, onder meer vanwege verdenkingen van het wegsluizen van meer dan een miljoen euro aan zorggeld naar andere bestemmingen.
Dieprode cijfers
In 2013 werd het alweer bijna failliete Slotervaart gered door zorgondernemer Loek Winter. Dat ging even goed totdat het ziekenhuis in 2017 weer dieprode cijfers schreef. Accountant EY waarschuwde voor het voorbestaan van het Slotervaart en de directie en het personeel verkeerden in een voortdurende loopgravenoorlog. Topman Willem de Boer moest in september 2018 het veld ruimen na druk van de Inspectie die constateerde dat de kwaliteit van de zorg werd ondermijnd door de bestuurlijke chaos.
De stille hoop die Zilveren Kruis in de zomer nog had dat het goed zou kunnen komen, werd in oktober weggeslagen. Het bleek dat een groot deel van het personeel niet meer kwam opdagen, de stapel onbetaalde rekeningen alleen maar groeide, zorggeld verdween naar andere activiteiten en leveranciers van medicijnen en hulpmiddelen hun spullen kwamen terughalen.
Het Slotervaart stond inmiddels voor meer dan een miljoen op de pof bij Zilveren Kruis, dat nog te leveren zorg vooraf financierde De boel escaleerde, het Slotervaart vroeg surseance van betaling aan dat al na twee dagen werd omgezet in een faillissement.
Overschot
Slotervaart opereerde in een lokale markt met een overschot aan ziekenhuisbedden. Dan overleef je alleen met een onderscheidend aanbod. Op kwaliteit is dat nooit gelukt. En in de prijs wilde Slotervaart niet zakken. Voeg daar nog slecht management aan toe en het plaatje is compleet. Ook critici van de marktwerking in de zorg beamen dat de markt in dit geval wél nuttig werk heeft verricht. Een aanhoudend slecht presterend ziekenhuis is door de zorgverzekeraar (en de rechter) uit de wedstrijd gehaald en daar was alle reden voor.
Alhoewel de media veel boosheid onder medewerkers en patiënten en in de Tweede Kamer optekenen, bestaat er onder de insiders in de zorg opvallende consensus dat Zilveren Kruis weinig valt te verwijten en het vooral het Slotervaart Ziekenhuis zelf is dat in steeds hoger tempo op de onvermijdelijke afgrond aanstormde.
Afbouwplan
Natuurlijk is het bijzonder vervelend dat de boel snel escaleerde en medewerkers en patiënten van de ene op de andere dag afscheid moesten nemen van hun ziekenhuis. Alleen is dat in hoge mate te danken aan het ziekenhuis zelf dat weigerde om met een serieus afbouwplan aan de slag te gaan en daarmee tijd te winnen voor een meer gecontroleerde overdracht aan andere ziekenhuizen.
De hamvraag is daarom wie er nu eigenlijk de dupe is van de ondergang van het Slotervaart. Gezien de gunstige arbeidsmarkt in de zorg zal het de medewerkers vermoedelijk weinig moeite kosten om snel een nieuwe baan te vinden. En ook patiënten komen nu terecht bij een zorginstelling die vermoedelijk betere zorg biedt dan zij bij het Slotervaart – zeker in de deplorabele situatie waarin het de laatste tijd verkeerde - konden krijgen.
De echte verliezers op de lange termijn zijn degenen die met een onbetaalde rekening achterblijven. Vreemd genoeg hebben de media voor die verliezers nauwelijks aandacht. Die tekenen liever het woedende verhaal op van een vrouw met kanker die vertelt dat ze bewust koos voor het Slotervaart en niet voor het letterlijk ernaast gelegen Antoni van Leeuwenhoekziekenhuis, een internationale topspeler op het gebied van oncologie. ‘Daar loop je voortdurend tussen andere kankerpatiënten. Ik kom liever in een ziekenhuis waar je ook mensen met een gebroken been tegenkomt.’ Tsja..
Zorgplicht
Zilveren Kruis kreeg vooral het verwijt dat het zijn zorgplicht zou hebben verzaakt. Het is de vraag of het tegendeel juist niet waar is. De zorgverzekeraar constateerde dat het ziekenhuis steeds sneller inteerde en nauwelijks nog in staat was om fatsoenlijke zorg te bieden.
Door het onderbrengen van patiënten in andere ziekenhuizen kon de kwaliteit en de continuïteit van de zorg worden geborgd.
Dat is je zorgplicht vervullen in optima forma, zou je zeggen. Het beeld dat met name dokters van het Slotervaart schetsten alsof de gedwongen transitie tot levensgevaarlijke situaties had geleid, werd door de media en politici klakkeloos overgenomen. Vreemd genoeg vroegen weinig journalisten aan diezelfde dokters hoe het eigenlijk met de patiëntveiligheid in het Slotervaart zelf stond, gezien de zware onderbezetting en steeds leger wordende pillenkasten.
Chefsache
Natuurlijk gaven de media veel aandacht aan de emoties die bij directbetrokkenen leefden. De ongelukkige suggestie van minister Bruins voor medische zorg dat een ziekenhuis niet veel meer was dan een stapel stenen, zorgde voor begrijpelijke olie op het vuur.
Zilveren Kruis deed dat beter, onder meer door een petitie in ontvangst te nemen van boze patiënten en bezoekers. Alleen had iets sneller mogen worden opgeschaald van het hoofd van de zorginkoop naar de directeur, zodat duidelijk meteen duidelijk werd dat ook Zilveren Kruis dit unieke evenement als een ‘Chefsache’ behandelde.
Gesprek
In dit soort crisissituaties is het minstens zo boeiend wie er níet aan het woord komen. Na een eenmalig optreden bij Nieuwsuur, dat sowieso steevast bleef volhouden dat de ondergang van Slotervaart vooral de schuld was van de zorgverzekeraar, hield oud-topman Loek Winter zijn mond.
Opvallend was ook dat de commissarissen van het ziekenhuis volledig uit beeld bleven, terwijl de voorzitter Elmer Mulder tevens de Raad van Toezicht bij de ReinierHaga Groep leidt en commissaris Diana Monissen het Prinses Máxima Centrum bestuurt. Voldoende aanleiding voor een indringend gesprek met deze toezichthouders.
Oorverdovende stilte
Misschien nog wel het meest opvallende was de oorverdovende stilte van de Nederlandse Vereniging voor Ziekenhuizen (NVZ). Het Slotervaart Ziekenhuis is al meer dan tien jaar een uitermate zwakke schakel in het ziekenlandschap. Dat Zilveren Kruis nu het vuile werk opknapte door een einde te maken aan dit drama en de kwaliteit van de zorg voor patiënten zwaarder liet wegen dan de voorspelbare reputatieschade die de zorgverzekeraar hierdoor op zou lopen, had ook vanuit de brancheorganisatie best wat meer ondersteuning mogen krijgen.
Kennelijk kwam het de NVZ beter uit dat een zorgverzekeraar in de publieke opinie weer eens als de grote boosdoener naar voren kwam. Kritische zorgwatchers als Aliëtte Jonkers en Marcel Canoy, maar ook Amsterdamse zorgbestuurders, hadden wel de moed om meer nuance in de beeldvorming naar voren te brengen. De NVZ koos ervoor om te zwijgen. Dat vinden ze zelf ongetwijfeld reuze slim maar als het er echt op aankomt, word ik toch altijd blijer van een eerlijk verhaal dan van ‘strategisch’ opportunisme.
Follow the Money deed al jaren onderzoek naar beide ziekenhuizen: https://www.ftm.nl/artikelen/slotervaart-en-de-ijsselmeerziekenhuizen-roemloos-einde-aan-roerige-geschiedenis?share=1