Met een mengeling van irritatie en genoegen stelde Jansen in zijn zaterdagse column vast dat een artikel in de Volkskrant over zijn vertrek ‘wemelde van de fouten’. De concurrent moest rectificeren: ‘In een eerdere versie klopten een aantal jaartallen niet. Die zijn aangepast. Ook is een reactie van De Telegraaf toegevoegd.’
Dat staat voor eeuwig in het archief. Jansen viel over de beschuldigingen van enorme krimp van oplagen en ‘harde bezuinigingen’ tot gevolg. Hoe zit het precies met de feiten, want Mediahuis verzwijgt veel in het jaarverslag 2021?
Jansen: ‘Vooral dat van ‘harde bezuinigingen’ door enorme oplagedaling in print tussen 2016-2021 was een smerige opmerking. De enige reorganisatie die ik heb moeten doorvoeren was eind 2015. De Volkskrant liet weg dat in diezelfde periode het aantal abonnees op de digitale Telegraaf-versie het hardst van alle kranten groeide, waardoor we beter dan het AD presteren. Nog afgezien van de vele nieuwe premium-abonnees door de introductie van een online betaalmuur.’
‘Ik begon in 2015 met 36 fte besparing. Dat was het. Wel heb ik functies verminderd zoals vormgevers en eindredactie, en zijn er meer schrijvende mensen en data-analisten binnengehaald. Er zijn nu 225 redactieleden, van wie 23 voor video die eerst een aparte eenheid vormden.’
Hoofdredacteurschap is een achtbaan, dus ook een rondje dat je niet te vaak opnieuw moet maken
‘Ja, er is gepolst of ik nog twee jaar wilde doorgaan. Ik werk met veel genoegen samen met Rien van Beemen, een hele fijne ceo. Hem vertelde ik na de zomer dat dit m’n laatste jaar kon worden, omdat ik merkte te veel hetzelfde te doen. Hoofdredacteurschap is een achtbaan, dus ook een rondje dat je niet te vaak opnieuw moet maken. De energie werd minder.’
‘Ik vind van wel. Je moet frisheid hebben, het is goed om na acht jaar iemand met nieuwe ideeën en elan te nemen, dat heeft De Telegraaf absoluut nodig. Vooral qua digitalisering zijn er nog meters te maken.’
‘Ik moet eerst een huis zoeken. Het gezin gaat mee [kinderen van 10, 14, 18 en 20 jaar, PO] De oudste studeert politicologie, ja net als ik, erfelijk belast waarschijnlijk.’
‘Die generatie leest geen kranten meer, maar volgt De Telegraaf via sociale media als Instagram en YouTube, en komen soms zo op de website. Kopij die naar een drukkerij gaat en de andere morgen op papier door de brievenbus valt is voor hen een volkomen vreemd concept.’
‘Aan online weggeven heeft ook De Telegraaf tientallen jaren meegedaan, pas in 2019 kwam de betaalmuur. Nieuws is dan gratis, journalistiek niet. Zo’n 30 procent van de digitale content staat achter de betaalmuur. Mede dankzij Spotify en Netflix is jonger publiek bereid online informatie te betalen. Het maakt niet uit hoe ze ons lezen. Al 60 procent leest online via de telefoon.’
‘Het was lang verlieslatend, maar draait nu zwarte cijfers. Pageviews en omzet groeien, met meer journalistieke onderwerpen dan voorheen. We produceren wekelijks gemiddeld honderd video’s, goed voor miljoenen views.’
‘Het groeit, maar we doen minder dan andere titels en staan niet in de toplijsten, want ons accent ligt op video. Als het echt de toekomst heeft moet je eraan verdienen en ik zie dat nauwelijks gebeuren. Alle merken waren bezig met marktaandeel en binding, nu volgt het vangen van abonnees. Ik hoop dat het lukt, maar ik moet het nog zien.’
‘Ja, de themapagina’s komen voort uit lezersonderzoek, de meeste zijn gelukt zoals ook het thema gezondheid. Ook Telegraaflezers waarderen kwaliteitsverbeteringen. '
‘Ze hebben een wereld geopend; vroeger wist iedereen wat ie moest doen vanuit het zogeheten Telegraafgevoel. De cijfers bieden veel sterkere sturing. en helpen keuzes te maken, maar dicteren niet. Journalisten krijgen dankzij data hulp voor betere accenten. Een fictief voorbeeld: we brengen niet alleen een rapport over OCW-bezuinigingen met wat politieke quotes, maar maken de vertaalslag naar gevolgen voor scholensluiting met een kaartje, plus een concreet persoonlijk verhaal over mensen die erdoor geraakt worden.’
Het krampachtig trekken van jongeren voor de krant is voorbij.
‘Daar heb je helemaal gelijk in. Van print is de gemiddelde leeftijd 65-plus. In het verleden is ten onrechte met dedain gesproken over de oudere lezer. De lezer van de papieren krant vergrijst, ook de nieuwe lezers. Digitaal is het exact omgekeerd. De 35-min groep groeide niet met een krant op. De digitale krant zit tussen de premium- en papieren abonnees in. Dat is mooi voor de publicatiestrategie. Het krampachtig trekken van jongeren voor de krant is voorbij. Gelukkig zijn we in de afgelopen jaren digitaal fors gegroeid onder vooral jongere lezers.'
‘Nee, dat is hun zorg en niet voor mij. Wij zijn journalistiek onafhankelijk en laten onze keuzes niet van doelstellingen van commercie afhangen.’
‘Dat weet ik dus niet, dat is voor de salesdirecteur. Ik krab me als hoofdredacteur pas achter de oren als adverteerders de krant massaal de rug zouden toekeren. Ik sta open voor signalen, maar die krijg ik niet. De kentering zet door. We zijn voor 80 procent afhankelijk van abonnee-inkomsten, toen ik in 1995 begon bij De Telegraaf was het 80 procent advertentie-inkomsten.’
‘Bij de aanstelling van Marijn Jongsma en mij in de hoofdredactie hadden we een bonus van maximaal 25 procent van het jaarsalaris. Daar hebben we afscheid van genomen, al die kortetermijnpremies zijn niet goed. Zeker niet als je collega’s moet ontslaan. Ik heb gewoon een vast salaris, wat natuurlijk zal dalen als ik geen hoofdredacteur meer ben…’