Second screen gaat ten koste van aandacht voor tv

De Nederlander besteedt nog altijd veel tijd aan tv kijken, maar zit niet meer aan de buis gekluisterd. T Door de komst van laptops, smartphones en tablet is het aantal schermen in de huiskamer sterk gegroeid. Volgens onderzoek van Stroom #more-7337" title="http://www.stroomviainternet.nl/2012/04/26/tv-verliest-centrale-rol-in-de-woonkamer/#more-7337">http://www.stroomviainternet.nl/2012/04/26/tv-verliest-centrale-rol-in-de-woonkamer/#more-7337heeft 81% van de respondenten tijdens het tv-kijken altijd een laptop, smartphone of tablet binnen handbereik. Een derde geeft zelfs aan bijna nooit meer tv te kijken zonder simultaan op andere schermen bezig te zijn.

Hoewel mensen vaker met elkaar in de woonkamer zitten, wordt er toch minder samen naar tv-gekeken.Tijdens het kijken is de tv-kijker vooral druk met surfen, twitteren, het posten van berichten en e-mailen. Ook het spelen van spelletjes en het bekijken van online reclamefolders zijn favoriete bezigheden. Ruim 70% van de respondenten geeft aan tijdens het tv-kijken met tenminste één van deze activiteiten bezig te zijn

Het second screen gebruik neemt het snelst toe onder jongeren in de leeftijdsgroep 18 tot en met 24 jaar. Hier is de degradatie van het tv-scherm van first naar second screen al in volle gang, constateert Stroom. ‘Jongeren vinden tv veel minder belangrijk en maken bovengemiddeld gebruik van andere schermen tijdens het tv kijken.'

Doordat de aandacht van de tv-kijker steeds meer uitgaat naar second screen, is de belangstelling voor veel tv-programma's veel minder dan de kijkcijfers doen vermoeden. Volgens directeur Titus Eikelboom van Stroom pleit dit voor een ‘herijking’ van het kijkonderzoek. In plaats van op het meten van 'eyeballs', zou het kijkonderzoek zich moeten concentreren op het meten van de 'serieuze aandacht'.

Een optie is wat hem betreft om de meekijkers voortaan slechts gedeeltelijk te laten meewegen bij het bepalen van de kijkcijfers. ‘In de huidige situatie worden ook de meekijkers als volledig kijker geregistreerd. Dit terwijl, zo blijkt uit het onderzoek, deze groep dan vaak bezig is met andere schermen en de aandacht voor tv dus beperkt is.’

Directeur Bas de Vos van de Stichting KijkOnderzoek laat weten dit niet te zien zitten. doel van het Kjikonderzoek is wat hem betreft 'hHet objectief en betrouwbaar vaststellen van het aantal kijkers naar televisiecontent, ongeacht de vorm van distributie en context waarin het gebruikt wordt. Voor het bepalen van het kijkersvolume wordt de kijksituatie dus buiten beschouwing gelaten.Hetzelfde geldt voor via welk soort scherm er wordt gekeken of met welke mate van aandacht. Dat ligt buiten het meetdomein van SKO.'
Wel geeft hij aan dat het SKO ontwikkelingen rondom het second screen volgt, maar dan gaat het vooral om second screen als platform waarop tv-content wordt gekeken. 'Dat vraagt al onze aandacht.'

Overigens verwacht Eikelboom dat technische ontwikkelingen op termijn het meten van de daadwerkelijke aandacht veel eenvoudiger zal maken. De opkkomst van internettelevisie, Apple TV en Google TV zal het onderscheid tussen tv en internet vervagen. De digitalisering van tv maakt het tv-kijkennet zo goed meetbaar als internet. Uiteindelijk komt er echt wel iets beters dan het meten met kastjes.’

Vooral tijdens de reclameblokken komen de laptop, tablet en smartphone tevoorschijn. Opvallend is echter dat juist door de komst van de tweede schermen, mensen minder vaak wegzappen (57%). Voor de adverteerder is het saldo positief, menen de onderzoekers. Immers: hoewel de reclameblokken hierdoor niet de volle aandacht krijgen, zal de kijker op deze manier eerder iets meekrijgen van de reclame groter dan wanneer hij naar het toilet gaat of wegzapt.
Daarbij biedt second screen de adverterder ook kansen voor call tot action. De onderzoekers baseren dit op het feit dat 10% van de respondenten nog recent op zoek is gegaan naar informatie over een adverteerder terwijl reclame aanstond. Onder de 25 tot 34 jarigen is dit zelfs 15%. Interactie via sociale media blijft in de meeste gevallen echter nog uit.

Onderstaande filmpje geeft meer toelichting over het onderzoek.