Marnix Eysink Smeets is lector Publiek Vertrouwen in Veiligheid en voorzitter van de Onderzoeksgroep Recht & Veiligheid van Hogeschool Inholland. Met zijn team richt hij zich op de vraag hoe mensen zich een beeld van hun veiligheid vormen en welke gevoelens en gedragingen daaruit voortkomen. Net als op de vraag hoe je die kunt beïnvloeden. Hij deed vele projecten, experimenten en evaluaties op het gebied van gedragsbeïnvloeding in de publieke sector.
(Ook) in de Covid-pandemie adviseerde hij diverse lokale, regionale en nationale overheden over welk gedrag in de samenleving te verwachten was en hoe daar optimaal op gereageerd kon worden. Eysink Smeets is één van de sprekers tijdens PubCom op donderdag 4 november. Logeion sprak in de aanloop naar dit jaarlijkse congres voor de communicatieprofessional in het publieke domein met hem over een eerlijk verhaal op zijn werkterrein van veiligheidsbeleving.
Marnix Eysink Smeets houdt een eerlijk verhaal over zijn vak, maar ook over zijn eigen veiligheidsbeleving. “Ik kijk met zorg naar de olievlekwerking die tijdens de COVID-pandemie in de samenleving is ontstaan. Vooral ben ik bang dat de (landelijke) overheid haar eigen legitimiteit aan het ondergraven is.”
“In de Covid-pandemie zag ik hetzelfde gebeuren als we meestal doen als er een dreiging in het geding is. We richten ons op het zo goed mogelijk tegengaan van die dreiging, maar we gaan voorbij aan de dynamiek die door (de aanpak) van die dreiging in de samenleving ontstaat. Dus werd wél gebruik gemaakt van gedragsdeskundigheid om te zorgen dat mensen zich zo goed mogelijk aan de gedragsadviezen gingen houden, maar niét van gedragsdeskundigheid waar het gaat om het voorzien en beïnvloeden van maatschappelijke processen. Dat zou het te complex maken. Maar zo lieten we ons overvallen door het feit dat specifieke groepen zich niét aan de maatregelen hielden, door de avondklokrellen, of door polarisatie en een toenemend aantal bedreigingen van politici. Doodzonde, want dat konden we van tevoren zien aankomen. De les die erin zit is dat je bij gedragsbeïnvloeding niet – als het ware door een rietje – alleen maar moet kijken naar het ‘smalle’ gedrag wat je wilt veranderen, maar altijd open oog moet houden voor de bredere context en voor de keten-effecten die zowel door de weg te nemen dreiging als door jouw pogingen tot gedragsbeïnvloeding ontstaan. Luister daarbij ook naar mensen die dichter op de problematiek zitten dan jij. In het geval van Covid was dat bijvoorbeeld de lokale overheid, die vaak dichter op de maatschappelijke dynamiek zit dan ‘Den Haag’”.
Wie wil je echt beïnvloeden? Is dat inderdaad de groep waar problemen zitten? Of wil je het grote publiek uit electoraal belang dienen?’
Gedragsbeïnvloeding is ‘hot’, merkt Eysink Smeets. Zeker sinds 2008, toen Sunstein & Thaler’s boek Nudge zelfs tot het nieuwe werkwoorden nudgen leidde. “Maar ook al voor die tijd werd natuurlijk al gewerkt met gedragsbeïnvloedingscampagnes en werd er gespinned en geframed dat het een lieve lust was. Die laatste vormen zetten het eerlijke verhaal bijna per definitie onder druk. Maar op mijn vakgebied heb ik ook nogal eens de indruk dat publiciteitscampagnes eigenlijk een ander doel dienen dan je op het eerste gezicht zou zeggen. Neem de recente campagne van minister Grapperhaus ‘Drop je knife en doe wat met je life’. Die zou jongeren moeten stimuleren geen messen meer te dragen. Maar waarom bewapenen sommige jongeren zich? Omdat ze bang zijn. Voor elkaar, en voor een wereld waarin ze het gevoel hebben volstrekt niet mee te kunnen. Denken we nou echt dat we er met zo’n slogan zijn? ‘Heb eens pit, verdiep je eens in zo’n kid’ lijkt me dan een beter motto. Want als minister geef je met de campagne de witte burger van middelbare leeftijd op de Veluwe misschien het gevoel dat de overheid goed bezig is, maar de jongeren waar het écht om gaat halen meewarig hun schouders op en zien de overheid vooral als nóg naïever dan voorheen. Waardoor ze nóg minder te beïnvloeden zijn. Dan kan ik zo’n campagne alleen maar zien als schaamlapcommunicatie die het echte probleem verhuld laat.
Ben je ook bereid je éigen gedrag te veranderen?
Met precisie kijken naar hoe het probleem echt in elkaar zit is dus belangrijk. Daar heb je een open blik voor nodig en respect voor diegenen wiens gedrag je wilt veranderen. Bewustzijn ook van de denkmodellen waarin je wellicht zélf ook vastzit. “De mooiste voorbeelden van succesvolle gedragsbeïnvloeding heb ik op mijn gebied gezien op lokaal niveau”, zegt Eysink Smeets. “Bij professionals die het gesprek met burgers open durfden aan te gaan en ook echt open stonden voor het perspectief en de ervaringen van die burgers. Met als ‘slagroom op de koffie’ dat zij er ook voor open stonden om naar het éigen gedrag te kijken. Ik denk dan ook dat je als overheid alleen succesvol zult zijn in gedragsverandering van burgers als je als óók bereid bent om je eigen gedrag open onder ogen te zien. Het is het oude verhaal van de splinter en de balk. Als je óók bereid bent om het over je eigen gedrag te hebben kom je met elkaar opeens in een gelijkwaardige, wederkerige relatie terecht en zullen mensen veel sneller bereid zijn om te bewegen. Dat gaat niet zonder ook het ‘eerlijke verhaal’ te delen. Mensen voelen aan hun water of je het eerlijke verhaal vertelt. Een niet-eerlijk verhaal prikken mensen meteen door. En dan ben je weer terug bij af.”
Geloof jij dat transparantie bijdraagt aan veiligheidsbeleving?
“Ik geloof wel in transparantie. Alleen het is maar net hoe je transparantie uitlegt. Als transparantie betekent dat de burger elk appje van zijn burgemeester of minister moet kunnen zien, dan zeg ik: ‘flauwekul’. De processen in een organisatie vereisen ook dat je dingen rustig kunt bespreken, dat je ook mens kan zijn en dat je ook eens een baaldag mag hebben en iets heel ongenuanceerds zegt. Dat moet niet meteen op straat liggen. Instrumentele transparantie voor bestuurders en ambtenaren, daar geloof ik niet in.
Transparantie in de geest, bij gebrek aan een betere benaming, daar geloof ik wel in. Dat je met burgers kunt bespreken hoe een bepaald probleem in elkaar zit. Voor welk dilemma je staat, dat je misschien een hele nare keuze moet maken tussen ‘dit’ en ‘dat’. Geef dat maar aan. Want daar geloof ik wel in dat burgers daar normaal gesproken volwassen genoeg voor zijn. Nog sterker; als je daar niet open over bent, voelen mensen dat. En mensen hebben genoeg van lulverhalen.”
Als je kijkt vanuit de kennis en ervaring vanuit jouw vakgebied, wat voor soort leiderschap is er dan volgens jou nodig?
“De Covid-pandemie bracht – en brengt nog steeds - een tijd vol angst, onzekerheid, stress en frustratie. Het leidt in de samenleving tot korte lontjes, het terugtrekken op het eigen gelijk, polarisatie. Juist in zo’n tijd is verbindend leiderschap nodig. Leiderschap dat mensen stimuleert en inspireert nét weer wat toeschietelijker te zijn in houding en gedrag naar elkaar, net weer wat constructiever het debat met elkaar aan te gaan. Omdat onze bestuurders en politici dezelfde angst, onzekerheid, stress en frustratie blootgesteld heeft ervaren als de samenleving is het niet gek als ook dáár de lontjes korter zijn geworden en een tendens tot polarisatie bestaat. Het is – zoals informateur Remkes onlangs nog opmerkte - te zien in de debatten in de Tweede Kamer, het is ook te zien in de soms stevige tegenstellingen tussen bijvoorbeeld lokaal en landelijk bestuurders. Niets menselijks is ook publiek leiders vreemd. Alleen… met polariserend leiderschap is onze samenleving nog verder van huis. Het is immers – alleen al door voorbeeldgedrag – een vorm van leiderschap dat gedrag net zo goed beïnvloedt, maar dan in de vorm van verdere vergroting van tegenstellingen en polarisatie. Wat besluitvorming verlamt, het functioneren van de samenleving hindert. Hoe moeilijk ook… dit is het moment waarop publiek leiders boven zichzelf uit moeten rijzen en verbindend leiderschap ten toon moeten spreiden. Dat betekent ook je durven verplaatsen in de mening van andersdenkenden, daar ook een respectvolle dialoog mee durven aangaan.
Ik snap bijvoorbeeld heel goed dat minister de Jonge heel graag het aantal vaccinaties nog verder wil zien stijgen. Als ik me even verdiep in de mensen die desalniettemin niet voor vaccinatie kiezen, zie ik dat deze groep niet alleen maar bestaat uit vage complotdenkers, maar ook uit mensen die daar heel weloverwogen, plausibele redenen voor hebben. De weg naar de covid-vaccinatie is bijvoorbeeld geplaveid met incidenten waaruit bleek dat zowel overheid als Big Pharma minder eerlijk waren– en het wat minder goed met mensen voor hadden – dan je zou mogen verwachten. Neem aan de kant van de overheid bijvoorbeeld de toeslagenaffaire of het Groningse aardgas. De lijst aan de kant van Big Pharma is nog vele malen langer. Variërend van DES of schadelijke siliconenborsten tot de verslavende opioiden waarvoor diverse grote Big Pharma bedrijven nu in de V.S. miljarden aan boetes moeten ‘aftikken’ omdat zij het publiek valselijk voorgelicht hebben, met zo’n 500.000 doden tot nu toe. Je zou bijna zeggen: het is minstens even opmerkelijk dat zoveel Nederlanders zich wél hebben laten vaccineren dan dat dat niet hebben gedaan. Als je dan als minister vrij hard (‘met gestrekt been’) tegen de keuze om niet te vaccineren ingaat en aangeeft daar geen enkel begrip te hebben werkt dat eerder polariserend dan verbindend. Tegenstanders volharden ook nog weer verder in hun stellingname, voelen zich buitengesloten door hun eigen overheid, wat ook weer verder polariserende keten-effecten in de samenleving oplevert. Is dat verstandig? Ik denk het niet. Ik denk dat we meer hebben aan uitgestoken handen dan aan gestrekte benen”, aldus Eysink Smeets.
Marnix Eysink Smeets is te zien op 4 november tijdens PubCom21, het Nationaal Congres Publieke Communicatie. Tijdens dit congres met het thema 'Het Eerlijke Verhaal', zal Eysink Smeets in gesprek gaan over (gedrags)beinvloeding. Samen met andere keynotesprekers gaan zij ook in gesprek over de onderwerpen transparantie en verbindend leiderschap. Wil jij hier meer over horen? Meld je dan aan voor PubCom21 in 't Spant in Bussum.
Nieuwsgierig naar het interview dat C deed met Abigail Norville over verbindend leiderschap? Je kunt hier het volledige interview lezen.
Dit artikel is geschreven door Hugo Zelders.
Plaats als eerste een reactie
Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!