Ik ben wel eens Sinterklaas geweest, op een basisschool.
Dat was leuk, vooral omdat je in de glimmende ogen van de gelovende generatie mocht kijken en al hun plezier en opwinding en rooie oortjes van de spanning kon zien.
Ik ben ook wel eens Zwarte Piet geweest.
De kleine Louis van bijna 6 was er bij.
Hij vond het een heerlijk feest.
Totdat een paar kinderen, ongecompliceerd als kinderen kunnen zijn, plots riepen: ‘Hé Louis, jij bent een echte...!’
Louis schrok. Zo had hij nog nooit naar zichzelf gekeken. Hij was gewoon een bijna-zes-jarige, zoals alle andere bijna-zes-jarigen.
Maar nu was hij apart gezet.
Louis is nooit actie gaan voeren.
Dat doen anderen nu. Ze wekken nogal wat irritaties op en zorgen voor tegendemonstraties, acties, boycots, opwinding. Ze dwingen ’s lands grootste grutter en ’s lands grootste rookworstverkoper tot onhandig gedrag (waarbij opvalt dat Albert Heijn en Hema prutserig reageren omdat ze een groter probleem hebben: ‘losing grip’. Ze lijken niet meer te weten wie ze zijn en wat ze moeten doen, en de communicatie komt uit dat paniekerige on-weten voort).
Sinterklaas is geen kinderfeest meer. Het is definitief gekaapt, door de volwassenen. Door voor- en tegenstanders van Zwarte Piet. De onbevangenheid die bij 5 december hoort is verdwenen.
Ik ga er niet van uit dat iedereen die Zwarte Piet aanhangt een racist is; dat zou grotesk zijn.
De essentie is anders. Veel van degenen die Zwarte Piet tot aan het einde toe verdedigen (‘blijf met je poten van ons onschuldige kinderfeest af’) tonen een heel ander probleem: wij zijn, in combinatie met angst voor het verlies van de wereld zoals wij die kennen, zo overtuigd van onze eigen, Nederlandse goede bedoelingen en voortreffelijkheid, dat we niet meer willen luisteren naar afwijkende opvattingen en willen kijken naar afwijkende beelden. We willen niet meer in de spiegel kijken, we willen ons eigen portret schilderen.
Werkelijke tolerantie is net als werkelijke democratie. Je neemt de opvattingen, beelden en verhalen van de minderheid even serieus als die van jou, en probeert samen een oplossing te vinden.
Symbolen veranderen door de jaren heen, woorden worden anders geladen, begrippen en beelden evalueren. Zo gaat dat, dat is de dynamiek die iedere samenleving kent.
Ik zou Sinterklaas teruggeven aan de kinderen. Onschuld weer leren koesteren.
Ik zou zeggen: laat Louis, en Samira, en Sophie, en Veerle, en Yael, en Jim, en Anne, en Hendrik-Jan, en Robin, en Faye, en Mo, en Juule (allemaal niet ouder dan 12) bij elkaar kruipen, en de vraag beantwoorden welke zwarte en witte en gekleurde en geveegde Pieten we allemaal op 5 december willen zien. Opdat iedereen weer gewoon mee kan doen.
En dan beloven wij, volwassenen, plechtig dat we naar hen luisteren. Omdat het hun feestje is.