Al snel na het uitbreken van de corona-pandemie werden gedragswetenschappers Reint Jan Renes en Marijn de Bruin ingeschakeld als adviseurs over de beinvloeding van gedrag, een van de sleutelfactoren in het beheersen van de uitbraak. Ze zetten samen met Mariken Leurs een Corona Gedragsunit van het RIVM op. Dit verzamelt data en kennis, en adviseert degenen die de beslissingen moeten nemen.
Het moet een soort snoepwinkel zijn voor Renes om van binnenuit te zien hoe maatregelen het gedrag ook daadwerkelijk kunnen sturen in deze crisis. Jasper Mulder sprak met hem over de belangrijkste inzichten die hij de afgelopen maanden heeft opgedaan.
1. Wie geen data heeft moet kennis verzamelen
Het viel Renes al snel op dat waar bij de bestrijding van het virus continu werd gekeken naar de data, er bij gedragsverandering vanuit werd gegaan dat beslissingen zijn te nemen op basis van oude kennis en literatuur. Bij de gedragsunit van het RIVM vulden Renes en de zijnen het gebrek aan data op met kennis van experts en snelle reviews van bestaande literatuur. 'We hebben direct een wetenschappelijke adviesraad van 15 hoogleraren gedragswetenschap ingesteld. Uit die gezamenlijke kennisthese kwamen we tot een advies. Daarnaast zijn ze met de gedragsunit in samenwerking met de GGD-en meteen data gaan verzamelen over gedrag en welzijn van mensen.
2. Wees zo concreet mogelijk in communicatie, en stel altijd de vraag: maar hoe dan?
In het begin van de crisis waren veel algemene adviezen te weinig concreet voor mensen. 'Dan is de kans ook klein dat ze het goede gedrag gaan vertonen. We hebben besloten een soort taxonomie maken van gedragsmaatregelen en per maatregelen na te gaan wat er over is gecommuniceerd en hoe je dat concreter kan maken.'
Renes geeft als voorbeeld het advies: ‘Gebruik je papieren zakdoekjes’. Dat is te vaag. Renes: 'Als je dit adviseert, betekent het dat mensen ze altijd bij zich moet hebben, dat ze ze na gebruik moeten weggooien en daarna hun handen moet wassen. Dat moet je in je communicatie meenemen; helder zijn over de keten van gedragingen. Dat bewustzijn zit er inmiddels goed in. Op het ministerie is het inmiddels een mantra geworden om te vragen: maar hoe dan?'
3. Mensen veranderen hun gedrag pas als ze de urgentie voelen. Zorg zo nodig dat dit gebeurt.
Dat mensen weten dat er in in China een virus rondwaart dat waarschijnlijk ook hier toeslaat, brengt mensen niet in actie. 'Dat is mens eigen', zegt Renes. 'Zolang je niet met de consequenties wordt geconfronteerd is het moeilijk te veranderen. Je gaat pas lijnen op het moment dat de weegschaal aangeeft dat je 5 kilo te zwaar bent.'
Daarom is er in de directe omgeving van mensen iets nodig dat de dreiging zichtbaarder maakt. Dat kan een toespraak van de minister-president zijn of de NL-alert die op een zondag naar mensen werd gestuurd. Renes: 'Dat was wel een van de meest typerende cue tot actions. Daar was ook wel over nagedacht en veel over gesproken, hoe we mensen in een keer konden wakker schudden, van jongens dit is echt ernst. Dat heeft een ongelofelijke impact gehad.’
4. Bestraffend toespreken helpt niet, het goede benoemen juist wel
Als vrij snel in de crisis, op 23 maart, gaf een bozige minister Ferd Grapperhaus mensen die te dicht bij elkaar kwamen ('asociaal gedrag') er flink van langs. De persconferentie was was bestraffend en ook jongeren werden apart benoemd. Renes: 'Dit hebben we met de wetenschappelijk adviesraad besproken. Een van de adviezen was; benadruk ook dat we goed bezig zijn en probeer te voorkomen dat je bepaalde groepen in de hoek zet dat ze niet goed bezig zijn. Dit werkt vaak contra productief en gedrag ligt veel genuanceerder.'
5. Geef gedragskennis een structurele plaats in het ontwikkelen van beleid bij de overheid
Gedragskennis is onontbeerlijk bij het managen van crises. Met de klimaatproblemen waar Nederland ongetwijfeld tegenaan loopt is het goed eenzelfde constructie op de tuigen als het Outbreak Managament Team tijdens de coronacrisis: een interdisciplinaire groep deskundigen die in kaart brengt welke kennis er is over een crisis en op basis daarvan adviseert. Renes is er voorstander van dat Nederland, een beetje zoals de Britten doen met hun The Behavioural Insights Team, gedragskennis een volwaardige plek gaat geven in de ontwikkeling van beleid. 'Dat heeft deze crisis ons wel geleerd.'