Nederlander is echte couchpotatoe

Vooral de vijftigplusser lijkt vergroeid met zijn afstandsbediening: maar liefst 73 procent van de Nederlandse vijftigplussers kijkt dagelijks langer dan twee uur tv. Van hun Europese leeftijdsgenoten zegt 'slechts' 62 procent net zo vaak aan de buis gekluisterd te zijn.

UPC voerde voor de tweede keer onderzoek uit naar het tv-kijkgedrag in
Europa. Gekeken is naar de manier waarop mensen televisie beleven en
welke rol tv in hun leven speelt. De respondenten beantwoordden tevens
vragen over de invloed van politieke en religieuze programma's op
zichzelf en op de samenleving.

De onderzoekers ondervroegen in november meer dan 6.000 Europeanen uit veertien landen, te weten Nederland, Frankrijk, Zwitserland, Oostenrijk, Ierland, Noorwe-gen, Zweden, België, Roemenië, Polen, Hongarije, Tsjechië, Slowakije en Slovenië.

De jongere Nederlandse generatie kan er volgens de onderzoekers ook wat van: zestig procent van de 16- tot 29-jarigen kijkt dagelijks meer dan twee uur televisie. Hun Europese generatiegenoten doen het rustiger aan: gemiddeld kijkt nog geen vijftig procent meer dan twee uur per dag. Het meest fanatieke kijkerspubliek woont in Frankrijk: maar liefst zeventig procent van de Fransen kijkt vrijwel dagelijks meer dan twee uur televisie. In tegenstelling tot de Zwitsers, daar kijkt slechts 31 procent veel TV.

Bijna driekwart van de Nederlandse vijftigplussers noemt 'geïnformeerd
worden' als belangrijkste reden om televisie te kijken. Meer dan de helft
van deze groep noemt als tweede reden 'om te leren'. Onder de jongeren is dit heel anders: daar geeft 68 procent entertainment aan als voornaamste reden om de televisie aan te zetten, terwijl minder dan een
kwart (24 procent) in de eerste plaats informatie wil ontvangen. Beide
groepen bespreken tv-programma's graag met anderen. 91 procent van de
jongeren doet dit, tegenover 88 procent van de ouderen. De jongeren praten er echter het liefst met hun familie of vrienden over (55 procent)
terwijl meer dan de helft van de vijftigplussers programma's bespreekt
met zijn partner.

38 procent van de Nederlanders heeft drie of meer televisies in huis. Nederland bezet hiermee een tweede plaats binnen het onderzoek. Alleen de Ieren hebben per huishouden meer televisies verzameld: niet minder dan 53 procent van de Ieren heeft thuis drie of meer televisies staan. Ter
vergelijking: in Tsjechië heeft slechts vijf procent dit aantal tv-toestellen in huis.

Religieuze programma's worden slecht bekeken in Nederland. Slechts tien
procent van de ondervraagden kijkt ernaar. Dergelijke programma's kunnen vooral rekenen op de oudere generaties: zestien procent van de
ondervraagde vijftigplussers kijkt naar religieuze tv-programma's,
tegenover zes procent van de 16- tot 29-jarigen. Opvallend is dat
ruimschoots de helft van deze laatste groep van mening is dat dergelijke
programma's bijdragen aan wederzijds begrip.