Dinsdag 2 december 2014. Ik weet het nog als de dag van gisteren.
Het was een koude avond, zoals er afgelopen december niet zo veel waren. Ik was op de fiets naar het Rijksmuseum gekomen voor de jaarlijkse verkiezing van de Communicatieman/-vrouw van het Jaar. In 2014 werd dat een benoeming. Op het podium werd dat nogmaals uitvoerig uitgelegd, ‘het overduidelijke’ behoefde kennelijk uitleg. Gezien de keuze kon ik ermee leven, al vond ik het een mat avondje. Tot jij op het podium kwam.
De zaal raakte in vervoering door het filmpje dat als cue gold voor jouw opvolger om zijn prijs op te halen. Natuurlijk is het effectbejag, maar ook mij gingen de 60 seconden beeldmateriaal over de NSS niet in de koude kleren zitten. Na de staande ovatie zat ik weer op mijn stoel toen jij het podium op kwam om jouw opvolger te feliciteren.
‘Beste Ivar, van harte gefeliciteerd. Ik ben onder de indruk van wat jij gepresteerd hebt met de communicatie over de NSS. Eigenlijk doen wij hetzelfde. Wij, met onze communicatie, proberen Nederland naar een hoger plan te tillen. Dat is wat ons en onze communicatie verbindt.’
BOEM. Je was binnen.
Je ging verder.
‘Hoe we dat bij het Rijksmuseum doen? Door kunst en cultuur op het allerhoogste niveau te bieden, en dit onze bezoekers te laten ervaren en beleven op wereldniveau. Daar is onze communicatie op gericht. Gewoon hier in Amsterdam. Daarom stonden we afgelopen jaar meerdere keren in The New York Times.’
WEER BOEM.
‘Afgelopen jaar hadden we bijna 2,5 miljoen bezoekers. Dat is een record. Maar als straks het nieuwe eraf is, zullen we steeds meer moeite moeten doen om bezoekers aan ons te binden. Daarom zijn we nu al bezig met de bezoekers van de toekomst. Daarom hebben we onszelf een doel gesteld: elk kind in Nederland moet voor zijn twaalfde de Nachtwacht hebben gezien.’
IK WAS VERKOCHT, VERLIEFD, VEROVERD…
Letterlijk kan ik het niet meer herhalen, jij zult het die avond mooier hebben verwoord. Het maakte diepe indruk op me. Je was oprecht complimenteus naar jouw opvolger, schatplichtig aan het instituut waar je voor werkt.
Je stond misschien drie minuten op het podium, maar je inspireert me sindsdien al weken. Dit is wat het vak nodig heeft, wat het Rijksmuseum nodig heeft, wat ik nodig heb: ambitie, met ingetogen flair. Pretentie zonder pretentieus te worden.
Lieve Marjolijn, je was de Communicatieman/-vrouw van 2013. Na 2 december ben je mijn Communicatiekoningin voor altijd. Als tegenprestatie draag ik daarom één jaar lang mijn inspiratie op deze plek op aan jou.
This message has been approved by mevrouw Boer.
Deze column is ook verschenen in Communicatie januari/februari 2015.